Hoewel de club het de afgelopen jaren steeds moet afleggen tegen Slavia is Sparta Praag de historisch grootste club van het land. In hun Generali Arena speelde Feyenoord al twee keer eerder, maar zonder al te veel succes: in 2001 kreeg het er met 4-0 om de oren, in 2012 was Sparta met 2-0 te sterk. Het stadion ligt aan de overkant van de Moldau, ongeveer een kwartiertje lopen vanuit de oude stad.

Dukla Praag was in de jaren vijftig en zestig een hele grote club in Europa. Hun Juliskastadion ligt in het noordwesten van Praag en was een onneembare vesting voor veel Europese clubs. In 1967 wist Dukla aan de hand van Josef Masopust hier zelfs het Ajax van Cruijff uit de kwartfinale van de Europa Cup I te knikkeren. Door de hoge ligging van Juliska heb je vanaf de imposante hoofdtribune een panoramisch uitzicht over Praag. Op het plein voor het stadion staat een standbeeld van de in Tsjechië legendarische Masopust. En oh, ook ene Pavel Nedved debuteerde hier als profvoetballer.

Bohemians 1905 is de club van Antonin Panenka, het meesterbrein achter de beroemdste penalty ter wereld. In Tsjechië heet ‘de panenka’ overigens de ‘vrsovicky dloubak’ naar de Praagse wijk Vrsovice waar de truc haar oorsprong vindt: in het Ďolíček, waar Bohemians nog altijd speelt. Hier deed ploeggenoot Stefan Ivančík het al eens eerder, voordat Panenka in 1976 de wereld verbijsterde. Antonin Panenka is nog altijd hét boegbeeld van Bohemians en vandaag de dag ook voorzitter van de club.

In het westen van Praag ligt het Strahovstadion, het grootste stadioncomplex ter wereld. Het heeft namelijk niet de gebruikelijke stadionafmetingen – alleen de zes voetbalvelden samen meten al grofweg 300 bij 200m – en heeft daardoor plaats voor maar liefst 220.000 toeschouwers. Vroeger hielden de communisten hier grote bijeenkomsten, tegenwoordig zitten er zelden meer dan enkele honderden voor de jeugdwedstrijden van Sparta Praag.

Naast het Strahovstadion ligt het Stadion Evžena Rošického: tot 2008 speelde Slavia Praag hier haar thuiswedstrijden.