Heracles is de Bornsestraat, stadion Erve Asito en het fenomeen Hendrie Krüzen. Altijd de kleinste club in de regio Twente, niet echt opvallend. Wie Almelo bezoekt, verwacht niet veel, maar kan zomaar verrast worden.
Voordat je afzakt naar het huidige stadion, bezoek je natuurlijk de Bornsestraat waar Heracles van 1909 tot 1999 speelde. Het is de plek waar de veertigers en vijftigers van nu aan de hand van hun vaders naartoe liepen om zich te vergapen aan hun helden. Steve Mokone, Darius Dhlomo, Joop Schuman, Folkert (nooit op zondag) Velten en later Hendrie Krüzen en al zijn maten.
Als je vanaf de A35 de navigatie volgt, rij je er vanaf de Nijreessingel zo tegenaan. De houten tribune aan de Bornsestraat, twee keer gered van de sloop, staat nog altijd trots overeind en is inmiddels al jaren een rijksmonument. Wie nu rondwandelt over het huidige terrein van AVC, de oude amateurtak van Heracles, waant zich terug in de tijd.
Erve Asito is zeker de moeite waard. Er is veel gedoe geweest over de naam, die totaal niet past bij het gevoel van de oude textielstad, maar het is een fijn, compact stadion met een moderne maar sfeervolle businessruimte, veel horecapunten en zitruimte. Tip: het invalidentoilet tegenover de skybox van Asito, waar je plast met het geluid van oude radiofragmenten: ‘En Everton scooort’.
In Almelo zijn nog meer plekken waar delen van de oude houten tribune van Heracles staan. Bij de voetbalclubs PH en SV Almelo kun je nog altijd een wedstrijd kijken terwijl je op het stokoude beton zit. Liefhebbers van de vloeiende ronde elascontribunes uit de jaren 60 hebben geluk, Almelo heeft er nog eentje staan. In de wijk De Riet bij voetbalclub DRC 12 aan de Rietstraat.
Pal achter het stadion bevinden zich drie amateurclubs op een kluitje. ON is de nette club, SV Almelo de oude club en La Premiere (LAP voor de leden), is de liefde van oer-Heraclied en Almeloër Hendrie Krüzen.
Krüzen is Almelo, een schoffie uit de volkswijk de Vinkenbuurt, een plek waar de gewone Almeloër liever niet kwam. De huizen van toen zijn afgebroken en de stad is deels opgeknapt. Maar rij eens door de wijk De Riet en zie het leven van toen. Met arbeidershuisjes en het oude vervallen winkelcentrum aan de Kroosstraat.
‘Almelo is pauper, Almelo is arm’, zo klinkt het vaak. Het klopt deels en deels niet, vinden de echte Almeloërs. De binnenstad is opgeknapt en verfraaid met water en kunst. Sinds kort heeft de beroemdste ijsmaker van Twente, Van der Poel, er een vestiging geopend.
Op het Amaliaplein is het oergezellig met veel kroegen en restaurants. Als de zon schijnt, waan je je op een Spaanse plaza, ergens aan de zuidkust. Iets verderop ligt Bierlokaal België, aan het water.
Voor de liefhebber: Brandpunt (Kerkstraat 8) en BCA (Adastraat 39) zijn supporterscafé’s. Tip: zeg er niet dat je voor FC Twente bent.
Wil je graag een speler van Heracles tegenkomen, ga dan naar het Indië-terrein. Grote kans dat de doelman er net zijn hond uitlaat. Het is een nieuwe wijk met veel historie uit het textielverleden. Oude fabrieken als ‘Ververij’ en ‘de Bleekerij’ zijn opgeknapt. Zo’n zeven Heracles-spelers wonen hier bij elkaar in de buurt. Wat eten of drinken kan er in een stokoud, hip pand aan het water bij Stadslab aan de Sluiskade Noordzijde.
Beeld: Marco Magielse
