Burnley en Turf Moor: het Engelse voetbalcliché op z’n best
“Are you a United fan?”, vraagt m’n buurman op de Jimmy McIlroy Stand van Turf Moor, voorafgaand aan Burnley – Manchester United. Als we hem uitleggen dat we juist komen kijken wat er in Burnley te beleven is, moet hij lachen. “Dan ben je zo klaar in Burnley.” Toch gaan we later die avond met een grote glimlach terug naar huis.

Burnley: niet per se de mooiste stad van Engeland
We begrijpen natuurlijk wel wat de beste man bedoelde: er is in Burnley niet bijster veel te beleven. De groene heuvels van East Lancashire zorgen voor een prachtige omgeving, maar het stadje zelf is weinig bijzonder. Het centrum is ronduit naargeestig, met een winkelstraat uit de jaren zestig en een aftands winkelcentrum, even na sluitingstijd al volledig uitgestorven. Geen stad die je tegenkomt in de toeristische folders.
The Royal Dyche
Eigenlijk begint de fun in Burnley zodra je onder het viaduct in Yorkshire Street door loopt. Direct aan je rechterhand ligt The Royal Dyche, met uitzicht op Turf Moor. Enkele jaren geleden werd de pub vernoemd naar de markante Burnley-manage Sean Dyche, een man met het voorkomen van een uitsmijter en een stem als een grasmaaier. Het uithangbord van de pub – Dyche als een oud portret van Koning Henry VIII – is ronduit briljant. Ze hebben er zelfs speciaal ‘Royal Dyche Lager’ op de tap. Het is tamelijk uniek, een pub die vernoemd wordt naar een nog zittende manager, maar de sympathieke Dyche ligt goed bij de achterban, ook nu de club onderaan staat.

Turf Moor
Wie de trein vanuit Manchester neemt, ziet – tussen de slagregens door – Turf Moor al goed liggen aan de rechterkant. Door de hoogteverschillen zie je het stadion van Burnley FC al boven de grijze arbeidersbuurten uittorenen. Een oud stadion in een woonwijk, Burnley speelde er al toen het één van de founding fathers van de Football League was in 1888. Het is één van de kleinere stadions in de Premier League, met plek voor ongeveer 22.000 toeschouwers. Groter is voor Burnley ook niet nodig, de club trekt vooral lokale fans. Niet gek: aartsrivaal Blackburn Rovers speelt twintig minuten verderop, richting het zuiden ben je al gauw in Manchester en ook Liverpool is niet ver weg.
Can he do it on a cold, rainy night… in Burnley?
Can he do it on a cold, rainy night in Stoke? Het zijn inmiddels legendarische woorden van oud-spits en commentator Andy Gray, in een gesprek over Lionel Messi, vraagtekens zettend bij hoe het Argentijnse wonder zich zou houden op een koude, regenachtige avond in het Engelse voetbal. Het zijn woorden geschreven voor een avond als deze. De wind en regen vliegen horizontaal over Turf Moor, wat enkele fans er overigens niet van weerhoudt om in korte broek en T-shirt naar het stadion te komen. Cristiano Ronaldo komt na een uur van de bank, maar kan het tij ook niet keren voor United. De Portugees heeft z’n sporen al verdiend in het Engelse voetbal, maar avonden als deze gaan nooit wennen voor een jongen van het strand. Na het laatste fluitsignaal sprint hij linea recta naar de kleedkamer: zonnig Madeira is hier heel, heel ver weg.
Een Frans likeurtje tegen de kou
In de catacomben van Turf Moor kun je je op een bijzondere manier wapenen tegen de elementen, namelijk door een typisch lokale drank weg te tikken. Althans, lokaal: het kreeg voet aan de grond in Burnley door lokale soldaten die terugkeerden van het front in Frankrijk, na de Eerste Wereldoorlog. Het is de Franse likeur Benedictine met heet water en een schijfje citroen, beter bekend als ‘Bene ‘n’ Hot’. Voor slechts twee pond kun je je er aan laven onder de tribunes.
Woet Woet Woet!
Iemand die zich als een vis in het water lijkt te voelen is de nieuwe spits van Burnley, Wout Weghorst. De Tukker vliegt over het veld, stopt en passant Paul Pogba onder het gras en leidt met een prachtige kap – waarbij hij twee man het bos in stuurt – de assist op de 1-1 in. Het ‘Woet Woet Woet!’ dondert over Turf Moor, alsof we naar Ruud van Nistelrooy op Old Trafford zitten te kijken. De lange spits is exemplarisch voor de vechtlust van Burnley, waarmee het uiteindelijk een punt overhoudt aan het bezoek van Manchester United. Met deze spirit gaan ze zich wel handhaven. Al met al hebben we een prachtige avond op Turf Moor. Vechtvoetbal, een open wedstrijd die op en neer golft, een aantal van de beste spelers ter wereld in actie en een stadion zoals het bedoeld is. Burnley is het Engelse voetbal op z’n mooist.

Zelf eens naar Burnley? Zo kom je aan kaarten
Hoewel Turf Moor betrekkelijk klein is, kun je toch altijd vrij makkelijk aan kaarten komen. Ook als er een grote club op bezoek komt, gaan de kaarten in de general sale, wat je niet vaak ziet in de Premier League. Bovendien zijn de kaarten prima geprijsd: voor slechts 30 pond hadden we een plekje pal achter de goal tegen Manchester United. We raden een plekje achter de goal. Achter de goals is het het sfeervolst, maar bovenin de James Hargreaves Stand heb je bij middagwedstrijden een prachtig uitzicht over Burnley en East Lancashire.
Hoe kom je in Burnley?
Burnley ligt ongeveer 30 kilometer boven Manchester, en dat is dan ook de beste plek om vanuit door te reizen naar het noorden. Je vliegt vanaf Amsterdam en Eindhoven goedkoop naar Manchester, waar je een auto kunt huren of de trein kunt pakken naar Burnley, een treinrit van ongeveer een uur. Het maakt Burnley uitstekend te combineren met een wedstrijd van één van de clubs uit Manchester, maar als je het graag wat obscuurder houdt: Oldham Athletic, Blackburn Rovers en Preston North End zijn enkele clubs die ook niet ver weg zijn.
Meer weten over Turf Moor?
Meer weten over Turf Moor - of andere stadions? We hebben van een hoop Europese stadions de belangrijkste wetenswaardigheden op een rijtje gezet. Welk stadion of gezellige pub mag je absoluut niet missen, en hoe kom je er aan kaarten? Je vindt het onder het kopje stadions op onze homepage.
Beeld: BSR Agency
Gerelateerd

De roots van Oranje: het FC Eindhoven van Cody Gakpo
Artikel

De roots van Oranje: de Haagse wortels van Nathan Aké
Artikel

Kick and Rush Shop opent pop-up store
Artikel
