Na de val van de Muur miste Berlijn alleen nog een grote voetbalderby (maar daar is-ie)
Of je nu in Glasgow bent, Madrid, Milaan of Belgrado: de rivaliteit tussen twee ploegen uit dezelfde stad bestaat vaak al decennialang en gaat over van generatie op generatie. Zo niet in Berlijn. SANTOS toog naar de hoofdstad van Duitsland voor een derby die met het jaar zwaarder beladen wordt, maar tot voor kort helemaal geen derby was.
Wie in hartje Berlijn door metrostation Brandenburger Tor loopt, krijgt – zoals op zoveel Berlijnse metrostations – een beetje geschiedenisles. Met geweldige foto’s uit de 20e eeuw krijgen reizigers vluchtig de roerige geschiedenis van de stad mee. Van het naziverleden tot de Berlijnse Muur en weer terug. Als het beroemdste gebouw van de stad wordt de Brandenburger Tor als volgt omschreven: ‘ooit het symbool van verdeeldheid (de Berlijnse Muur liep er vlak voorlangs), tegenwoordig het symbool van de eenheid van Duitsland.’
Nog niet zo lang geleden waren Hertha BSC en 1. FC Union Berlin helemaal geen rivalen, integendeel. Ze speelden dan wel in dezelfde stad, maar ook weer niet: Hertha komt uit het vrijgevochten West-Berlijn, Union uit het oosten, gescheiden door de Berlijnse Muur. Aan weerszijden van het IJzeren Gordijn hadden de ploegen wel rivalen, maar Hertha en Union waren elkaar überhaupt nog nooit in een competitiewedstrijd tegengekomen. De muur schiep een band, en waar fans van Hertha met enige regelmaat naar Oost-Berlijn kwamen om Union te steunen, reisden die van Union mee als Hertha een wedstrijd in Oost-Europa speelde.
Warme vriendschap
De vriendschap bereikte zijn hoogtepunt in januari 1990, toen amper twee maanden na de val van de Muur beide clubs een vriendschappelijke wedstrijd tegen elkaar speelden in het Olympiastadion. Talloze Trabantjes staken de grens over, en de wedstrijd was één groot festijn voor de vrede. Of nu Hertha of Union een goal scoorde, het hele stadion juichte.
Tot zover de andere tijden, terug naar de onze. Oost-Berlijn, West-Berlijn, in het straatbeeld merk je er nog maar weinig van. Harrie Jekkers zou er geen liedje meer van kunnen maken. De fanatiekelingen van vandaag, veelal jonger dan 30, zijn helemaal niet opgegroeid met een Muur in de stad. Ze reizen zonder dat ze erbij stilstaan voortdurend van Oost- naar West-Berlijn en weer terug. Wat ze wél geërfd hebben is de ‘Mauer im Kopf’: de Muur mag dan 33 jaar geleden al afgebroken zijn, er wordt door hardliners nog steeds gedacht in vooroordelen over oost en west.
Maar ook sportief zijn de kaarten inmiddels anders geschud. Jarenlang waren Hertha en Union van een andere orde van grootte: Hertha de stabiele Bundesliga-club, Union relatief roemloos één of twee divisies later. Pas in 2010 speelden de Berlijnse clubs – na degradatie van Hertha – hun eerste officiële duel tegen elkaar, maar de verhoudingen bleken hetzelfde. Hoe anders is dat nu: na in 2019 gepromoveerd te zijn is Union nu een stabiele ploeg in de Bundesliga, actief in Europa, waar het ‘grote’ Hertha juist ploetert en slechts voorlaatste staat.
Kortom, voor beide ploegen is de derby van Berlijn er één geworden die net wat meer telt dan de andere affiches. En dan is dit ook direct de bijzonderste tot nu toe. Door de coronacrisis hadden Hertha en Union elkaar nog niet getroffen in een vol Olympiastadion, maar vandaag zou het dan gaan gebeuren. Waar Hertha normaal zo tegen de 50.000 fans trekt, gingen de 75.000 kaarten nu binnen no-time over de toonbank.
Het is een mooi gezicht, op een zonnige zaterdagmiddag in Berlijn. Op welk metrostation, in welke tram, op welk terras je ook kijkt: overal zie je plukjes blauw-wit (Hertha) en felrood (Union). In Union-wijk Köpenick, in het uiterste zuidoosten van de stad, is het rustig. Het Olympiastadion van Hertha ligt maar liefst 23 kilometer verderop, dus de fans van ‘Eisern Union’ verzamelen in West-Berlijn, op de Savignyplatz. Even verderop loopt een stoet met de allerfanatiekste Herthaner over de Kaiserdamm. Hoewel de beide supportersgroepen zich dicht bij elkaar bevinden, blijft het rustig. Het heeft ook geen zin, er zijn maar liefst 1000 Berlijnse agenten ingezet vandaag. Toch lijken die er bij het Olympiastadion vooral voor het geval dat te staan, en lopen fans van beide ploegen kriskras door elkaar.
In het Olympiastadion hangt een geweldige sfeer. Union Berlin heeft bijna 12.000 uitfans meegenomen naar West-Berlijn, maar daar blijft het niet bij. Ook de thuisvakken zijn veelvuldig bevolkt met rood, en in de vakken direct naast het uitvak zijn de Unioner ruim in de meerderheid. Een bijzondere dag is het voor ze. Voor het eerst in de Bundesliga een uitwedstrijd in het Olympiastadion. Hoewel Union veel hoger staat op de ranglijst, heerst er toch bescheidenheid.
Wat er in de 90 minuten erop volgt, hadden de Ossies in hun stoutste dromen niet voor mogelijk gehouden. Union is Hertha op alle fronten de baas. Waar er bij de 0-1 nog ongeloof is, maakt dat plaats voor overtuiging. Om kwart over 8 geeft het scorebord 1-4 aan, en de spelers van Union rennen uitzinnig over de sintelbaan naar het met Bengaals vuurwerk gevulde uitvak. Het contrast met de Ostkurve van Hertha kan niet groter zijn. Terwijl het ‘Stadtmeister, Berlin’s nummer eins!’ vanuit de Union-vakken door het Olympiastadion galmt, is het aan de overkant oorlog. Woedend zijn de Hertha-ultras. Ze eisen van de Hertha-spelers dat ze het shirt uittrekken, en bijna alle spelers gaan zonder shirt richting kleedkamer. Een hallucinant tafereel.
Zo vurig als het in het stadion is, zo kalm is het erbuiten. En dat terwijl Koning Alcohol inmiddels aardig huisgehouden heeft. Er wordt natuurlijk wel wat gescholden en gezongen over en weer, maar toch gaan beide supportersgroepen veelal met dezelfde S-Bahn weer terug richting de stad.
Toch is het duidelijk: de tijden dat supporters van Hertha BSC en 1. FC Union Berlin hand in hand naar wedstrijden gingen behoren definitief tot het verleden. Of het een goede of slechte zaak is, daar is men nog niet over uit. Je kunt betogen dat er in een stad die al zoveel verdeeldheid heeft gekend nu weer een tweedeling is. Anderzijds: Hertha en Union strijden nu in en om dezelfde stad, wat de prille derby van Berlijn misschien wel een prachtig symbool van de eenheid maakt. Net als de Brandenburger Tor.
Beeld: BSR Agency